De groenten kunnen alvast worden schoongemaakt en gesneden: courgette in halve maantjes of blokjes, paprika in kleine blokjes, bloemkool in kleine roosjes, champignons in plakjes. Doperwten hoeven alleen ontdooid te worden.
Ook is het handig om alvast 1,5 liter groentebouillon klaar te zetten.
In een ruime pan kan wat olijfolie worden verhit, waarin ui, knoflook en prei zachtjes worden gefruit.
De risottorijst wordt toegevoegd en kort meegebakken tot de korrels glanzen.
Daarna wordt beetje bij beetje warme bouillon toegevoegd. Tussendoor regelmatig roeren helpt om de risotto mooi romig te maken.
Na ongeveer 5 minuten kunnen de bloemkoolroosjes en champignons erbij.
Na 10 minuten is er ruimte voor courgette en paprika.
En na 15 minuten mogen ook de doperwten worden toegevoegd.
Na in totaal 20 à 25 minuten is de risotto als het goed is gaar maar nog licht beetvast, en de structuur lekker smeuïg.
Een beetje sojasaus kan op dit moment worden toegevoegd voor wat extra diepgang.
Ook de kaas en eventueel wat boter kunnen nu worden toegevoegd voor een volle, romige afwerking.
Het geheel kan nog even 2 minuten met deksel rusten voor het opdienen.